NPK-Mg

Plantenvoeding NPKMg

Voor 'n tientje in je brievenbus. Even oplossen in water en klaar voor jarenlang gebruik.

NPKMg bevat alleen die mineralen waarvan de kans het grootst is dat planten ze tekortkomen: stikstof (N), fosfor (P), kalium (K) en magnesium (Mg) in de verhouding 5 : 1 : 10 : 1.

Gebruiksaanwijzing

1. Maak je plantenvoeding

Los alle zouten op in 1 liter water. Gebruik een lege, schone fles van 1,5 liter (bijvoorbeeld een frisdrankfles) of een doseerflacon, waarin het zout opgelost kan worden.

Heb je geen ervaring en beschik je niet over de juiste middelen, dan zul je ongetwijfeld zout verspillen. Bovendien neemt de totale volume toe als je zouten mixt in 1 liter water. Vandaar de volgende dummy-proef werkwijze.

Benodigheden

  • 1,5 liter water, bij voorkeur zuiver water of schoon regenwater
  • een lege, schone 1 liter (of meer) fles (bijvoorbeeld een frisdrank fles) of doseerflacon
  • een brede maatbeker
  • eventueel een kleinere maatbeker om 5 ml, 10 ml of 20 ml af te meten

Stappenplan

  1. Knip iedere zak open bij de kleine inkeping en trek de zak vervolgens open bij de hersluitbare sluiting.
  2. Voeg ongeveer 1/5 van het zuiver water in de maatbeker en voeg het kaliumnitraat toe. Even roeren met een lepeltje en giet de inhoud in de 1,5 liter fles. Laat het onopgeloste restant achter in de maatbeker.
  3. Voeg weer 1/5 van het zuiver in de maatbeker en voeg het magnesium zout toe. Even roeren met een lepeltje en giet de inhoud in de 1,5 liter fles. Laat het onopgeloste restant achter in de maatbeker.
  4. Voeg weer 1/5 van het zuiver water in de maatbeker en voeg het fosfaat zout toe. Even roeren met een lepeltje en giet de inhoud in de 1,5 liter fles.
  5. Voeg het laatste water toe aan de maatbeker om het onopgeloste restant op te lossen. Even roeren met een lepeltje en giet de inhoud in de 1,5 liter fles.
  6. Schud de fles goed voor ieder gebruik. Gebruik het kleine maatbekertje om 5 ml, 10 ml of 15 ml af te meten.

Kraanwater is prima. Je hebt dan in feite een alles-in-een plantenvoeding gemaakt. Alleen zijn de mineralen in kraanwater niet gechelateerd (lees: beschermd). Ze kunnen reageren met de NPKMg mineralen. Da's op zich geen ramp, want de complexen die ontstaan kunnen door bacteriën worden gedissocieerd en weer vrij worden gemaakt.

Dit gebeurt echter niet direct. Daarom heeft het sterk de voorkeur om in plaats van kraanwater, schoon regenwater te gebruiken om een oplossing te maken. Alternatief is het gebruik van gedemineraliseerd water (demiwater). Demiwater koop je online en in winkels en supermarkten, zoals Albert Heijn, Jumbo, Plus, Kruidvat. Water uit een RO filter is nagenoeg hetzelfde.

Kraanwater kun je prima gebruiken om verdampt en (door planten) geconsumeerd aquariumwater aan te vullen. Als je dit doet, doseer dan geen NPKMg. Doseer NPKMg op dagen dat je het aquarium niet aanvult met kraanwater. Vind je dit teveel gedoe en "doe je liever als op de zondag", dat is ook helemaal prima.

Liever genuanceerder planten voeden? Bekijk de gebruiksaanwijzing voor de plantenverzorger.

2. Voed je planten

Doseer wekelijks 10 ml van de oplossing in een dicht beplant aquarium van 100 liter. Dit komt overeen met 2 gram NPKMg zout. Kort schudden voor ieder gebruik.

Als je geen CO2 gas systeem gebruikt, begin met 10 ml per week. Als vergeling van bladeren zichtbaar wordt, doseer je 20 ml per week of soms deze hoeveelheid.

En 5 ml zou al voldoende zijn als je veel vissen hebt rondzwemmen.

Heb je een 50 liter aquarium? Doseer dan wekelijks ongeveer de helft, dus 5 ml. Zo kun je 4 jaar de voeding blijven toedienen. En als je een 75 liter aquarium hebt....reken maar uit.... ongeveer 7,5 ml. En een 200 liter goed beplant aquarium heeft 20 ml nodig.

Heb je een 100 liter aquarium, maar zouden de planten ook passen in een aquarium van 50 liter, doseer ongeveer de helft. En zouden ze ook passen in 25 liter, reken maar uit.

Is het oppervlakte grotendeels bedekt met planten, maar komen ze in hoogte niet over de helft, doseer dan ook de helft.

Zijn de planten nog piepklein of net geplant? Dan hoef je de eerste maand nog niets te doseren. Na de eerste maand kun je in hoeveelheid ook (veel) minder doseren.

Kortom, het gaat niet zozeer om het watervolume, maar om de totale plant-massa in je bak.

Heb je meer dan 0,25 gram vis per liter water, of 1 gram vis per 4 liter water*, doseer ongeveer de helft. Dus 5 ml. Heb je meer dan 0,5 gram vis per liter water, of 1 gram vis per 2 liter water, doseer ongeveer een kwart en houdt het zakje fosfaat dicht of voed er je tuin- en huiskamerplanten mee.

* Een enkele volwassen guppie, medaka, of kleinblijvende tetra of danio vis weegt ongeveer 1 gram.

Wat als je te veel of te weinig doseert? Of wat als je drie weken op vakantie gaat? Wat als...

Geen paniek.

Te veel

Van ’te veel’ mineralen krijg je geen algen. Algen zijn namelijk al geholpen bij zeer geringe concentraties mineralen. Algen zijn heer en meester in water.

De truuk is om algen te voorkomen. Mineralen spelen hierbij nauwelijks een rol. Algen verschijnen op het toneel door een combinatie van lichtintensiteit, warmte, organische stof en ammonium. Zie het artikel over algen (opent in nieuw venster).

Te weinig

‘Te weinig’ mineralen is voor planten gedurende bepaalde tijd geen probleem. Ze kunnen de tijd overbruggen door mineralen uit voorraad of economisch minder rendabele bladeren te halen. Bovendien komen mineralen in een aquarium vrij door afbraak van organische stof. Als je van een lange vakantie terugkomt kun je wat vergeling aantreffen. Kwestie van weer NPKMg doseren.

Wellicht voer je regelmatig waterwissels uit. En / of vul je het verdampte en door planten geconsumeerde water aan.

Op die momenten zou ik geen NPKMg plantenvoeding toedienen. Doe dit bij voorkeur op andere dagen. Het tijdstip waarop je NPKMg toedient is niet zo relevant. Je vult in feite het aquarium aan met mineralen. Planten nemen 24/7 mineralen op.

3. Houd je planten gezond

Voor het gezond en algen-vrij houden van planten, spelen licht, temperatuur, CO2 en O2 gas een veel grotere rol dan mineralen. Een aantal tips voor het houden van planten:

Veel plantensoorten groeien zeer langzaam maar heel gezond in een goed verlichte ruimte, zonder speciale aquarium- of plantverlichting. Als je aquarium- of plantverlichting toepast, start met sterk gedimd licht en verhoog de lichtintensiteit naarmate de bak ouder wordt en de plantendichtheid toeneemt.

Houd het water onverwarmd, op kamertemperatuur. Dit komt bij jouw thuis waarschijnlijk overeen met een subtropisch klimaat.

Gebruik zacht water. Verdun kraanwater met 50% of 75% regenwater of demi/RO water. Voor het aanvullen van verdampt en door planten geconsumeerd water, kun je zuiver kraanwater gebruiken. Voor het water in het aquarium is een TDS van 100 - 200 een prima richtlijn.

Carbonaathardheid (KH)

Komt bij verwaarloosbare carbonaathardheid de stikstofkringloop in gevaar? Dan zouden we een groot probleem hebben in de wereld. Gelukkig weet de microbiota dat bij deze kringloop betrokken is ook wel raad met CO2  als bron van koolstof.

Houd plantvriendelijke (kleinblijvende) vissen afkomstig uit zachte of neutrale wateren in gematigde of subtropische streken. Vissen scheiden CO2 gas en organische stof uit dat door micobiota in het aquarium wordt afgebroken tot mineralen.

FAQ

Over plantenvoeding

Planten hebben licht, CO2, O2, water en mineralen nodig.

  • Primaire macro-nutriënten zijn mineralen die planten in grotere hoeveelheden nodig hebben: stikstof (N), kalium (K) en fosfor (P).
  • Secundaire macro-nutriënten zijn mineralen die planten in kleinere hoeveelheden nodig hebben: calcium (Ca), magnesium (Mg) en zwavel (S).
  • Micro-nutriënten zijn mineralen die planten in hele kleine hoeveelheden nodig hebben: ijzer (Fe), mangaan (Mn), boor (B), zink (Zn), koper (Cu), molybdeen (Mo).

Let wel: Je werkt altijd met een zeer grove benadering! Jij en ik weten niet hoeveel behoefte jouw planten nodig hebben. Hoeveel mineralen er in het substraat zijn gekomen. Hoeveel mineralen zijn opgeslagen in bladweefsel. Bij “te weinig” kleuren bladeren geel, maar een of enkele gele bladeren is geen reden tot paniek. Gewoon je dosering aanpassen. En bij “te veel” zal het aquarium niet zomaar geplaagd worden door algen. Algen hebben namelijk al genoeg aan zeer lage hoeveelheden….

Planten nemen mineralen doorgaans via de wortels op. In water verandert alles en nemen planten, zowel de echte waterplanten als planten afkomstig van draslanden en oevers, mineralen net zo makkelijk op via de bladeren als via de wortels. Dit geldt ook voor "aquariumplanten" die te boek staan als "wortelvoedend".

Bovendien is de situatie in een aquarium totaal verschillend van die op land. De substraat laag in een aquarium is doorgaan zeer dun en van onderen volledig afgesloten door een glazen plaat. Het aquarium is gevuld met water dat in meer of mindere mate door het aquarium stroomt, inclusief het substraat. Mineralen in het substraat komen in het water terecht en mineralen in het water komen in het substraat terecht. En belangrijk: alles blijft in het aquarium en spoelt niet weg uit de grond.

Het maakt voor planten dus niet uit waar je ze mineralen geeft.

Oftewel, 'zorgvuldig doseren' met oog voor verhoudingen tussen mineralen (lean) versus 'ongelimiteerd doseren' (Estimative Index) met minder oog voor verhoudingen en meer oog voor concentraties.

Dit is een voortdurende discussie. In mijn optiek leunt lean te sterk op terrestrische condities enerzijds en de plant als passieve omstander anderzijds, waardoor ik meer gecharmeerd ben van de Estimative Index. Het is onmogelijk te voorzien over hoeveel mineralen planten beschikken en hoeveel ze nodig hebben. Doseer daarom maar genoeg mineralen en laat planten en hun microbiota-metgezellen het zelf maar uitvogelen.

De Estimative Index wordt geassocieerd met "high energy" beplante aquaria en is ook in de richtlijnen hierop gebaseerd. Naar verhouding worden veel "fotosynthese-mineralen", namelijk magnesium en ijzer, toegediend. De Estimative Index is echter geen dogma.

Voor de gemiddelde beplante bak is wat extra magnesium voldoende, maar ijzer overbodig. En ook voor "high energy" beplante aquaria kan mijn inziens minder van beide worden gedoseerd, dan er doorgaans over wordt gecommuniceerd.

De mineralen die planten nodig hebben komen in de natuur als zout voor. Een zout bestaat uit een verbinding tussen twee verschillende mineralen. Deze mineralen kunnen los voorkomen of samen kristalliseren en gesteenten vormen of onderdeel van gesteenten zijn.

Los of in kristalvorm kunnen de zouten in water oplossen.

Voorbeeld:

De mineralen calcium en sulfaat komen in de natuur onder meer voor als gips steen. Gips steen bestaat uit CaSO4 · 2H2O, waarbij CaSO4 bestaat uit het positief geladen calcium-ion Ca2+ en het negatief geladen sulfaat-ion SO42-. Als gips steen in water komt, lost het op in de afzonderlijke ionen en waterstof moleculen.

Aquasoil, root tabs, vloeibare plantenvoeding, mineralen zouten. Het zijn verschillende materialen die mineralen bieden die planten nodig hebben. De samenstelling en hoeveelheden verschillen van elkaar.

Minerale zouten zijn veel goedkoper dan andere middelen die dezelfde mineralen bevatten. Met droge zouten betaal je niet voor (duur) water in vloeibare plantenvoeding of voor klei- of andere korrels waar mineralen aan zijn toegevoegd (voedingsbodem of aquasoil).

Bovendien kun je zelf plantenvoeding samenstellen. Bijvoorbeeld door de plantenvoeding complementair te maken aan andere mineralen-bronnen, zoals de wekelijkse waterwissels op basis van kraanwater.

Over NPKMg

NPKMg bestaat uit stikstof (N), fosfor (P), kalium (K) en magnesium (Mg) zouten. Een zout is een verbinding tussen twee verschillende mineralen, eventueel gebonden aan water. NPKMg bestaat uit:

  • 120 gram kaliumnitraat KNO3
  • 60 gram magnesiumnitraat hexahydraat Mg(NO3)2·6H2O
  • 20 gram kaliumdiwaterstoffosfaat KH2PO4

Dit geeft de volgende verhouding:

10 kalium (K) : 20 nitraat (NO3), waarvan 5 stikstof (N) : 1 magnesium (Mg) : 3 fosfaat (PO4), waarvan 1 fosfor (P).

Als je alle zouten oplost in 1 liter water, wordt met 10 ml oplossing, de concentraties in 100 liter water verhoogd met 5 ppm kalium, 2,5 ppm stikstof (= 10 ppm nitraat), 0,5 ppm fosfor (= 1,5 ppm fosfaat) en 0,5 ppm magnesium.

  • NPKMg is geoptimaliseerd voor beplante aquaria waar ook vissen in rondzwemmen en kraanwater wordt gebruikt om verdampt en door planten geconsumeerd water aan te vullen.
  • Voor beplante aquaria zonder vissen, werkt NPKMg ook prima. Ook mijn vijvers en kamerplanten voed ik ermee.
  • Als gebruik wordt gemaakt van sterk licht en een CO2 gas systeem, dan zal de behoefte aan NPKMg mineralen toenemen. Bovendien zul je wat extra ijzer willen toevoegen.
  • Soms wordt zuiver water voor deze high tech bakken gebruikt en . Dan zal er waarschijnlijk ook onvoldoende calcium, sulfaat en overige sporenelementen aanwezig zijn. Die mag je aanvullen.

Omdat er meestal voldoende hoeveelheden van deze mineralen in een aquarium aanwezig zijn.

Ze komen in het aquarium terecht 1) door aanvullen van verdampt en geconsumeerd water met kraanwater, 2) door (eventueel) het verwisselen van water met kraanwater, en 3) door afbraak van organisch materiaal, zoals uitscheiding door vissen (en planten).

Nitraat, kalium, fosfaat en magnesium komen hierdoor ook in het aquarium terecht, maar zijn de hoeveelheden vaak onvoldoende voor planten.

Voor mijn beplante aquaria maak ik geen gebruik van 100% kraanwater voor het aanvullen van verdampt en geconsumeerd water, maar van sterk verdunt kraanwater (mix van regenwater of RO water). Voorts houd ik slechts geringe aantallen klein-blijvende vissen in mijn beplante aquaria.

Ook in deze mineraal-arme omstandigheden, doen planten het prima.

Planten hebben "alles" nodig, maar van het meeste slechts in zeer geringe hoeveelheden. Door verdampte en door planten geconsumeerde water in het aquarium aan te vullen met kraanwater, bezorg je planten alle mineralen die ze nodig hebben.

Daarnaast wordt in het aquarium, afvalstoffen afgebroken, zoals uitscheiding door vissen, waarbij ook mineralen vrijkomen.

Hierdoor is het heel goed mogelijk om beplante aquaria te houden zonder enige plantenvoeding toe te voegen.

Van enkele mineralen kunnen de hoeveelheden echter niet toereikend zijn. Bijvoorbeeld omdat de plantendichtheid heel hoog is. Of omdat je geen vissen hebt rondzwemmen. Of omdat je een CO2 gas systeem gebruikt. Of omdat je liever geen kraanwater wilt gebruiken of het kraanwater sterk verdunt met zuiver water of regenwater.

Dan biedt NPKMg uitkomst. Hiermee worden de mineralen aangevuld waarvoor de kans op tekort het grootste is.

Een alles-in-een plantenvoeding schiet ieder doel voorbij. De meeste beplante aquaria hebben geen extra mangaan, ijzer, sulfaat en calcium nodig. Terwijl de high tech purist de voorkeur zal hebben om de dosering van mineralen te scheiden en apart te doseren.

Toegegeven, de mineralen in een alles-in-een blijven lange tijd goed van elkaar gescheiden door chelatering van ijzer en eventueel andere sporenelementen, en door toevoeging van ascorbinezuur om de oplossing zuur te houden en daarmee de chelatering te borgen. Maar eenmaal in het aquariumwater voegen ze niets toe, zitten ze elkaar misschien in de weg, en kun je makkelijker sporenelementen overdoseren. Sporenelementen zijn sneller schadelijk dan NPKMg mineralen.

Ook hier geldt hetzelfde antwoord als voor iedere andere plantenvoeding. Mineralen veroorzaken geen algen, maar algen hebben wel mineralen nodig. Net als planten en dieren. Mineralen zijn dus olie op het vuur, maar veroorzaken niet het vuur.

Algen hebben minder mineralen nodig dan planten. Deze twee groepen concurreren dan ook niet met elkaar om mineralen. Het is niet zo dat door het toedienen van extra veel mineralen (Estimative index), de hoeveelheid die niet door planten wordt opgenomen, dan algen zou veroorzaken.

De mineralen in kraanwater zijn al in ruim voldoende hoeveelheden aanwezig voor algen.

Sommige leveranciers bieden plantenvoeding met geen of zeer lage hoeveelheden nitraat en fosfaat aan, zodat het als algenvrije plantenvoeding verkocht kan worden. Het is prima om dit te verkopen, maar het argument is misleiding. Planten hebben een geringe mate van fosfaat nodig en naar verhouding veel nitraat. Deze plantenvoeding wordt ook wel eens verkocht voor aquaria waar veel vissen (=ammoniak) rondzwemmen. Als er dan algen ontstaan is het niet de schuld van de plantenvoeding.... zucht.

In natuurlijke wateren waar veel nitraat en fosfaat uit landbouwgrond binnenkomt, zien we veel algen. Maar die algen waren er al. Veel natuurlijke wateren hebben een zeer lage plantdichtheid, ontvangen veel zonlicht en er zal voldoende organisch materiaal aanwezig zijn. Dit zijn prima condities voor het ontkiemen van algensporen. In de natuur is fosfaat het beperkende materiaal op groei. Als dat er dan voldoende van is, zullen de algen in deze wateren verder groeien.

In het aquarium is het dus zaak om voor en/of een hoge plantendichtheid en/of gedimd licht (en temperatuur) en/of weinig organisch materiaal (en ammonium).

Mineralen zijn randvoorwaarden: als planten erover beschikken gebeurt er niets, maar als planten er niet over beschikken, kan er niets gebeuren.

Het uiterlijk van planten wordt hoofdzaklijk bepaald door licht, met name de intensiteit van licht, door water temperatuur, en door gas (CO2, O2).

Groeisnelheid, rood pigment, 'pearlen', en dichtheid van scheuten, worden hoofdzakelijk bepaald door een hoge lichtintensiteit en CO2 gas injectie. Mits planten over mineralen kunnen beschikken.

Bij een lage lichtintensiteit en zonder CO2 gas injectie, kleuren je planten vooral groen, zullen ze niet 'pearlen', lijkt groei stil te staan en zullen planten een grotere afstand tussen scheuten vertonen. Ook wanneer planten over alle mineralen beschikken.

Claims dat met een bepaalde plantenvoeding, planten mooier zullen ogen, is verkooppraat.

Nature Scapes | KvK 64481409  | BTW NL001681099B48 | Privacy by design