
Aquascaping voor beginners
Aquascaping is het creëren van, en het staren naar een beetje aquatische natuur in een glazen bak. In veel opzichten vertoont aquascaping overeenkomsten met het houden van een aquarium met vissen. Maar bij aquascaping zijn vissen niet noodzakelijk of vormen ze een onderdeel van het geheel. Het geheel is waar het bij aquascaping om draait. In dit artikel beschrijf ik zo'n beetje alle basics van deze mooie hobby.
Introductie in aquascaping
Aquascapes zijn er in verschillende soorten, in verschillende maten, en in verschillende benaderingen. Het belangrijkste onderscheid is die tussen biotopen en landschappen.
Biotopen zijn reconstructies van aquatische natuur. Vaak zijn ze tropisch van karakter, maar ook een stuk aquatisch Nederland of Vlaanderen, kan worden nagemaakt.
Landschappen zijn geen reconstructies, maar aquascapes geïnspireerd op terrestrische natuur. De natuur boven water dus. In de engelse taal wordt dit vaak aangeduid met de term 'nature style'.

Soms hebben ze wat weg van reconstructies in miniatuur vorm, zoals berglandschappen, bossen, weides, of tuinen. En vervolgens vullen we het geheel op met water. Best vreemd eigenlijk.
Soms is het meer fantasie en zien we een bed van stenen in en op substraat; daartussen en bovenop, hout dat een of meerdere richtingen uitsteekt; en de gehele hardscape (= hout + steen) wordt omgeven door planten.
Takashi Amano wordt vaak als grondlegger beschouwd, maar dit soort aquascapes zien we natuurlijk al veel eerder terug. De 'Hollandse bak' of de 'Nederlandse school', bijvoorbeeld, is geïnspireerd door Europese tuinen.
Ongeacht het ontstaan, zien we nergens in de wereld een Hollandse bak of een Amano bak in de natuur terug. Al ogen ze nog zo natuurlijk. De aquatische zoetwater natuur bestaat vooral uit zand, stenen, veel terrestrisch afval (hout en bladeren) en algen. Planten zijn in de aquatische natuur duidelijk in de minderheid. Ze staan hoofdzakelijk langs de waterkant en steken meestal boven het water uit.
Dit zien we dus terug in een biotoop aquarium.
Aquascaping basics
Aquarium
Alle aquascapes hebben gemeen dat ze in een glazen bak worden gecreëerd. Een aquarium kan een kubus vorm hebben, maar is meestal rechthoekig. Meestal wordt naar de lengte en hoogte gekeken, en is de diepte kind van de rekening. Naarmate je meer aquascapes maakt, neemt de waardering voor de diepte juist toe.
Een opmerking over de hoogte. De hoogte hoeft niet maximaal gevuld te worden met water. Zeker bij open, zogenaamde 'rimless' aquaria, kun je het water iets tot veel lager houden dan de hoogte van het aquarium. Een hogere bak geeft je meer flexibiliteit voor de toekomst, terwijl je de aquascape prima 'shallow' kunt benaderen door het mater bijvoorbeeld maar voor de helft te vullen.
Prima dimensies voor aquascaping zijn bakken waarvan de hoogte gelijk is aan de diepte. Bakken (l x b x h, in centimeter) van 75x40x40, 90x45x45, of 120x45x45 zijn prima geschikt voor aquascaping.
Acht je deze maat te groot? 30x30x30, 45x30x30 of 60x30x30 bieden een kleiner, maar prima alternatief.
Lees verder over aquaria voor aquascaping.
Locatie
Een aquarium staat vaak op een aquariummeubel. Die zijn meestel niet hoger dan 80 centimeter. Dat is prima als je er zittend, van een afstand, naar kijkt. Maar staand en wat dichter nabij, wordt het veel bukken. Ik plaats aquaria daarom nooit lager dan op 1 meter hoogte.

De bak kan overal staan. Wil je echt low tech gaan, dan kun je het aquarium op een goed verlichte locatie plaatsen. Dicht bij een raam bijvoorbeeld. Een paar uur direct zonlicht hoeft niet problematisch te zijn. Het kan zelfs gunstig werken. Aquarium verlichting heb je dan niet nodig.
Wil je geen gebruik maken van zonlicht en aquariumverlichting toepassen, dan doe je er goed aan om de bak juist op een zo donker mogelijke locatie te plaatsen. Dan kun je namelijk met de lage lichtintensiteit spelen, zonder dat je last krijgt van reflecties door omgevingslicht.

Substraat
Over substraat bestaan veel uiteenlopende meningen. Dat is tekenend voor de onduidelijke rol van substraat. Zie het artikel over bodems.
Voor nu volstaat op te merken dat alleen het gebruik van zand prima werkt om planten te laten groeien. Door plantenbemesting in het water toe te voegen, krijgen planten hun voedingsstoffen binnen. Planten nemen nutriënten op via de wortels en CO2 via de bladeren. Maar dezelfde planten kunnen in water, nutriënten opnemen via de bladeren en CO2 via de wortels.
Bovendien convergeren verschillende type substraat over tijd naar soortgelijke eigenschappen en worden ze uiteindelijk allemaal gestuurd door de glazen bodem onder het substraat en de aanwezigheid van plantenwortels.
Laat het substraat daarom hoofdzakelijk afhangen van het thema of het gewenste uiterlijk van je aquascape. Mijn voorkeur gaat uit naar een combinatie van zand met daarboven een laag van humus, dat vanzelf ontstaat op basis van plantenresten en door afbraak van droge bladeren die ik zo nu en dan toevoeg. Zie het artikel over bladeren.

Aquasoil
Voor beplante aquascapes wordt vaak gebruik gemaakt van aquasoil. Dit zijn gedroogde kleibolletjes waar nutriënten aan zijn toegevoegd. Een zogenaamde Iwagumi scape, waarbij hoofdzakelijk laagblijvende planten worden gebruikt (of condities worden gecreëerd dat deze planten laag blijven), is in eerste instantie gebaat bij aquasoil. Zeker als de zogenaamde dry-start methode wordt toegepast.
Vaak wordt ook een combinatie van verschillende soorten substraat toegepast:
- Een onderlaag van cellulose- of nutriënten-rijk substraat en een bovenlaag van zand. Populair in zogenaamde Walstad aquaria.
- Een of meerdere secties met alleen nutriënten-rijk substraat waar geplant wordt. En een of meerdere secties met alleen zand voor het esthetisch plaatje. Populair in zogenaamde "nature aquascapes".
Hardscape
De meeste scapes bestaan uit een combinatie van substraat, stenen, hout en planten. Maar die zijn niet allemaal nodig. Steek je hoofd eens in een meer of rivier en stel je daar de omtrek van een aquarium voor. De kans is groot dat je alleen maar bladeren ziet. Of alleen maar zand. Of alleen maar stenen.
In aquascaping bestaan geen regels. Enkele tips waarmee je als beginner makkelijker een mooie aquascape kunt creëren:
- Kies één type steen en kies één type hout.
- Zorg dat de stenen onderdeel zijn van het substraat. Leg ze er niet bovenop, maar laat sommige stenen deels in het substraat verdwijnen.
- Werk de hoogte in met je hardscape. Een hardscape is niet eigendom van de bodem, maar moet de hele tank domineren.
- Werk iteratief. Begin met substraat en schakel al snel over op de hardscape. Voeg gaandeweg meer substraat toe. Als de scape af is, kun je het substraat nog wat vormen.
- Voorkom symmetrie. Het kan werken, maar ziet er vaak onnatuurlijk uit.
- Zoek niet naar de perfect steen of stuk hout. Bouw de scape uit losse onderdelen. Dat werkt veel makkelijker. Het biedt meer keuze en flexibiliteit.
- Probeer er een bepaalde lijn in te krijgen. Of meerdere lijnen, die deel uit maken van één beweging, of samenkomen, of juist van elkaar weglopen. Inspiratie kun je uit andere aquascapes halen of uit de wereld van kunst.
![]() | ![]() |
Je kunt hier meer voorbeelden van aquascapes bekijken of duik in de kunst van aquascaping. Of zoek op het internet naar "nature aquascape", "jungle aquascape" of "biotope aquarium", voor meer inspiratie.
Water
Voor een aquascape heb je een waterbron nodig. Niet alleen om de glazen bak te vullen, maar ook om met enige regelmaat het water te wisselen.
Vaak is het water uit de kraan de waterbron. Voor de meeste aquascapes zit je met kraanwater goed. Zeker in Nederland en in Vlaanderen denk ik ook.
In water kan chloor (of chloramine) zitten. In Nederland en Vlaanderen komt dit in een zeer lage concentratie voor. Als je dan een klein deel van het aquariumwater vervangt door kraanwater, wordt de concentratie nog wat lager. Eenmaal in een aquarium ontgast chloor redelijk snel.
Ik gebruik zelf geen enkel middeltje om het water te bewerken. Heb je een speciale aquascape met speciale dieren, dan vermoed ik sterk dat je een andere waterbron gebruikt als basis. Typische is dit RO water.
Waterwaarden
De waterwaarden zijn voor plant en (volwassen) dieren veel minder van belang dan wordt verondersteld. Al is dit voor velen een discutabel statement.
De meest aangehaalde waarden voor zoetwater zijn hardheid (GH), alkaliteit (KH) en de zuurgraad (pH). Voor de meeste en planten en dieren in de hobby is het Nederlandse en Vlaamse kraanwater geschikt. De waarden zijn redelijk neutraal. In Oost-Vlaanderen is het water iets zachter.
De GH staat voor calcium en magnesium ionen. Specifieke waarden kunnen van belang zijn bij de kweek van bepaalde vissen en ook voor invertebraten, zoals slakken en garnalen. Planten hebben maar een beperkte hoeveelheid calcium en magnesium nodig. Te hard kan de opname van andere mineralen wat bemoeilijken, maar veel relevanter dan dit wordt het niet.
De pH staat voor de ratio waterstof ionen versus hydroxide ionen. Een fractie water de-ioniseert, waardoor water wordt omgezet in deze ionen in gelijke aantallen. De ratio is dan in evenwicht en gedefinieerd als waarde 7. Als er zuren vrijkomen, komen er meer waterstof ionen in het water voor en daalt de pH.
In een aquarium komen zuren vrij door microbiële activiteit en diffusie van atmosferische CO2. Een fractie CO2 in het water, reageert met water, waarmee waterstof ionen vrij komen. Zuiver (osmose) water heeft door CO2 diffusie een lagere pH dan 7.
Als het aquarium beplant is (of algen heeft), vindt er fotosynthese plaats en wordt CO2 door planten (of algen) overdag opgenomen. Hierdoor vindt er een natuurlijke schommeling van pH plaats in een aquarium plaats. Geen haan, plant of vis die daar naar kraait.
De KH staat voornamelijk voor waterstofcarbonaten. Waterstofcarbonaten reageren met waterstof ionen, waardoor deze worden 'weggenomen' uit de pH ratio, en een daling van pH wordt voorkomen en zelfs de pH waarde kan doen verhogen.
Kraanwater heeft een bepaalde KH waarde, waardoor de pH waarde zo rond 7,8 komt te liggen. In een aquarium daalt deze gemiddelde pH door microbiële activiteit en CO2 diffusie. En ook door een dalende KH. Waterstofcarbonaten zijn namelijk een koolstofbron voor veel organismen.
Wil je weten wat er in jouw kraanwater zit? Vraag het (online) op bij het waterleidingbedrijf dat jouw water levert. Lees meer informatie over het gebruik van kraanwater als aquariumwater.
Zuurstof en Koolstofdioxide
Zuurstof O2 is belangrijk voor een gezond aquarium. Planten en dieren hebben uiteraard zuurstof nodig. Maar heel veel gunstige micro-organismen hebben zuurstof nodig om afvalstoffen te verwerken. Zie onder meer het artikel over nitrificatie.
Heb je een beplante aquascape, dan heb je ook koolstofdioxide CO2 nodig. De meeste problemen bij planten zijn toe te schrijven aan een gebrek aan koolstofdioxide (in relatie tot te sterke lichtintensiteit).
Een laag aquarium (groot wateroppervlakte tov. watervolume); vissen die CO2 uitademen; en CO2 dat vrijkomt door microbiële activiteit, zorgen er voor dat de CO2 concentratie zo rond de 3 ppm (part per million) komt te liggen. Dat is nog steeds best laag, maar hoeft niet problematisch te zijn voor planten.

Filtratie
Een filter is niet per se noodzakelijk. Zeker niet voor sterk beplante aquascapes. Planten nemen nutriënten op, waaronder ammonia.
Een filter zorgt net als een zogenaamde powerhead voor beweging van water. Dat is eigenlijk altijd gunstig. Bovendien kan het een beplante scape levendig maken. Zie een filter dus vooral als een middel om water in beweging te krijgen.
Voor een beplante aquascape is een filter voornamelijk een pomp die water in beweging zet.
Voor het filteren van water heb je micro-organismen nodig. De gunstige micro-organismen hebben veel zuurstof nodig. Je vind ze dus op locaties waar veel zuurstof is. Dat kan in het filter zelf zijn. Maar ook in de buurt van plantenwortels, waar ze door planten met zuurstof worden gevoed.
Je vindt ze ook op het wateroppervlakte; boven water is immers veel zuurstof. Maar daar wil je ze liever niet hebben. Zuurstof komt het water binnen via het wateroppervlakte. Het wateroppervlakte moet daarom schoon blijven. Met een klein luchtslangetje + luchtpompje gaat dit prima.

Verwarming
Een verwarmingselement heb je waarschijnlijk niet nodig. De kamer waar je bak staat heeft waarschijnlijk een subtropisch klimaat. Niet te koud in de winter tot behoorlijk warm in de zomer.
De meeste verwarmingselementen staan nauwelijks afwijkingen toe in de temperatuur. Iets wat in de meeste gebieden in de wereld onnatuurlijk is. De temperatuur kent vaste dagelijkse en seizoensgebonden fluctuaties. Planten en dieren zijn in dergelijke condities geëvolueerd.
Sommige vissen komen uit warme, tropische gebieden, dicht(er) bij de evenaar. De fluctuaties in deze gebieden zijn doorgaans een stuk kleiner. Een verwarming is dan juist gewenst.
Licht
Licht maakt of breekt het aanblik van een aquascape. De kleur van licht. De intensiteit. Het maakt veel uit.
Lichtintensiteit
Lichtintensiteit is de belangrijkste eigenschap van licht. Standaard aquarium verlichting is meestal te sterk voor planten en vissen. Door het te dimmen wordt stress bij vrijwel all plantsoorten en de meeste vissoorten weggehaald.
Planten die onder water staan en hoge lichtintensiteit, maar tevens beschikking heeft over weinig CO2, is als een aquarium filter die droog staat te draaien.
Zelfs als je CO2 toedient, doe je er vaak goed aan om de verlichting nog steeds te dimmen. Daarmee demp je weliswaar de groei van planten, maar niet per definitie hun gezondheid. Planten hebben niet veel licht nodig.
Als de lichtintensiteit gecontroleerd wordt, maakt de duur niets meer uit. Planten en dieren kennen een circadiaan ritme, dus het licht moet voor een bepaalde tijd wel helemaal uit staan.
Voorbeeld van een programma voor een beplante aquascape:
Tijd | Lichtintensiteit | Opmerking |
---|---|---|
T+0 | 1% | Iets na zonsopgang gaat het licht aan op 1% intensiteit en neemt langzaam toe naar 25%. |
T+2 | 25% | 2 uur nadat het licht aan is gegaan zit het licht op de hoogste intensiteit voor de dag. Deze intensiteit is niet de normale intensiteit van de lamp, maar slechts een fractie, bijvoorbeeld 25% vam de normale intensiteit. |
T+8 | 25% | 6 uur lang wordt de hoogste intensiteit aangehouden. |
T+10 | 1% | Gedurende de volgende 2 uur, neemt de intensiteit langzaam af van 25% naar 1%. |
T+X | 0% | Ergens in de avond moet het licht volledig uit. |
Full spectrum / PAR / Kelvin
De kwaliteit van het licht is veel minder van belang voor dieren en planten. Dat is niet makkelijk te begrijpen als je net de hobby instapt. Het aanbod aan verschillende verlichting is groot. Van goedkope verlichting voor vissen aquaria, tot prijzige full spectrum verlichting met hoge PAR (photosynthetically active radiation) waarden, bestemd voor high tech aquascapes.
Planten hebben echter geen full spectrum nodig. Goedkope verlichting werkt prima voor high tech aquascapes. Ja, da's niet makkelijk te geloven.
Heeft verlichting met hoge PAR waarden dan geen enkel voordeel? Zeker wel. Ze zijn energie-efficiënt. Je hebt minder wattage nodig om dezelfde intensiteit (photon-dichtheid) voor planten te realiseren. Gunstig dus als het kweken van planten je vak is, maar niet zo relevant als je één of enkele aquascapes hebt staan.
Selecteer verlichting met dimbare LEDs en eventueel met aanpasbare kleurtemperatuur (Kelvin). Het eerste is wat mij betreft een absolute must. Het allerbelangrijkste aspect op het gebied van technologie voor aquascaping.
Het laatste (de kleurtemperatuur) is vooral persoonlijke voorkeur. Een tropische biotoop oogt vaak gelig van kleur, door enerzijds humuszuren en anderzijds omdat het zonlicht wordt gebroken door bomen. Een wat gelige kleur licht oogt natuurlijk. Voor een bergbeek biotoop ben je weer beter af met helder wit licht.
Uiteraard kun je met semi-transparant materiaal ook het licht wat dempen, maar je mist de flexibiliteit van een digitale oplossing.
Lichteffecten
Bepaalde delen van je aquascape kun je van bovenaf afdekken met een semi-transparante of ondoorlatend materiaal, waarmee je lichtgradiënten of schaduwen in de aquascape kunt aanbrengen. En met een spotlicht gericht op een specifieke plek, waar wat agitatie van het oppervlaktewater plaatsvindt, leidt tot een bepaalde schittering in het water.

Aquascaping met planten
Planten in de natuur
Planten zijn niet noodzakelijk in aquascapes. Sterker nog. In de natuur komen planten sporadisch voor. Vaak langs de randen van watermassa's. We zien ze vooral dood terug op de bodem van watermassa’s. Als bladeren en takken, gevallen van planten en bomen langs het water.
Veel van de planten langs watermassa's zijn overplanten of moerasplanten. De bladeren van deze planten staan deels onder, deels bovenwater. Of volledig bovenwater. Het zijn planten die vaak hun bladeren in de lucht hebben staan. Met beschikking over atmosferische CO2 concentraties. En soms komen ze geheel of gedeeltelijk onder water te staan. Vaak gaat de overgang heel geleidelijk. Zijn er nog veel bladeren die CO2 boven water kunnen opnemen, waarna de CO2 door de hele plant wordt getransporteerd. Het deel onder water past zich aan, aan de veel lagere CO2 concentratie.
De meeste plantsoorten die we in aquascapes houden, zijn dit soort planten. Alleen brengen wij ze volledig onder water. Ze kunnen zich in zeker mate aanpassen aan het leven onder water. Veel an deze planten zien er onder water dan ook iets anders uit dan boven water.
Wanneer je deze planten onder water plaatst, houdt er dus rekening mee dat ze zich zullen moeten aanpassen. Dat kan een maandje duren. Wanneer je planten die boven water zijn gecultiveerd (een typische gang van zaken), in één keer onder water zet, en bovendien het gemiddelde aquarium licht aanzet, dan kunnen planten drastisch reageren door hun bladeren te laten vallen. Een meer geleidelijke overgang creëer je door planten een week of twee in water te laten drijven met alleen omgevingslicht.
Ga je aan de slag met planten? Dan raad ik je ook de artikelen low tech aquascaping en beplant aquarium aan.

CO2 en lichtintensiteit
Sommige plantensoorten worden als makkelijk bestempeld. Andere soorten als moeilijk. Die zouden een speciale (voeding)bodem nodig hebben, meer eisen stellen aan waterwaarden, speciale verlichting voor planten, en CO2 injectie. Alleen dit laatste correct. Sommige plantensoorten hebben echt moeite met de lage CO2 concentratie van water.
De CO2 concentratie in water ligt zo tussen de 0,6 ppm, op basis van natuurlijke CO2 diffusie uit de atmosfeer, tot max. 3 ppm, op basis van deze diffusie + als bijproduct van microbiële activiteit.
Als de lichtintensiteit dan ook nog eens hoog is, zoals gebruikelijk bij gemiddelde aquariumverlichting, dan komen veel plantensoorten in de problemen. Lichtintensiteit stimuleert de groei van planten en daarvoor is naast water ook veel carbon voor nodig, dat moerasplanten uit CO2 halen. Als er dan weinig CO2 is, verhogen planten de productie van een enzyme waarmee CO2 wordt gefixeerd. Deze productie gaat ten koste van andere vitale functies. En dus zien we planten die bladeren laten vallen, zwart kleuren of aangevallen worden door algen.
Door CO2 te injecteren en / of de lichtintensiteit te verlagen dempen we weliswaar de groei van planten, maar worden problemen voorkomen.
High tech vs. low tech
High tech / EI
De Estimative Index (EI) methode is een populaire methode voor high energy / high tech aquascapes. De lichtintensiteit is hoog. Planten kunnen dit alleen aan als er CO2 wordt geïnjecteerd, gevolgd door voedingsstoffen (mineralen).
Die voedingsstoffen worden overdadig in het water gelaten, vanuit de gedachtegang dat planten nooit een tekort mogen hebben aan voedingsstoffen, en dat gezonde (en veel) planten voorkomen dat algen kiemen.
De waterbeweging is sterk om CO2 effectief door het aquarium te distribueren. Een grote, wekelijkse waterwissel haalt organische afvalstoffen uit het water.
Het voordeel van high tech is de mogelijkheid om de lichtintensiteit flink op te schroeven. Een hoge lichtintensiteit kleurt de bladeren van sommige plantsoorten rood en houdt de hoogte van sommige (bodembedekkende) plantsoorten laag.
Naturel
Het rood laten kleuren van bladeren of het laag houden van blauwbekkende planten, zijn niet noodzakelijk. Je kunt daarom de lichtintensiteit terugbrengen. Planten zullen er geen enkele moeite mee hebben. Ze groeien minder hard, maar dit betekent niet dat ze ongezond zijn.
De naturel methode zien we zelden in de praktijk. CO2 injectie associëren we namelijk met hoge lichtintensiteit, maar dit is absoluut niet nodig, en ook helemaal niet onnatuurlijk. Integendeel. De CO2 concentratie van veel watermassa's ligt hoger dan aquariumwater zonder CO2 injectie. Bovendien is de lichtintensiteit vaak geringer door de troebelheid van water, de diepte en / of het bomen-/ plantendek naast watermassa's.
Alle overige aspecten zijn gelijk aan de low tech methode.
Low tech
Low tech is een populaire methode. CO2 wordt niet geïnjecteerd, al wordt er wel eens geflirt met vloeibare CO2 of met fermentatie op basis van gist en suiker. Het gebruik van een voedingsbodem of aquasoil is populair, maar niet noodzakelijk. Als er alleen zand wordt gebruikt, moeten er voedingsstoffen via het water worden toegediend. Kraanwater bevat ook wat voedingstoffen, dus het is vooral wat extra mineralen toevoegen.
Bij een laag CO2 gehalte heb je maar weinig plantenvoeding nodig. Bij de aanwezigheid van veel vissen, kom je met wat extra kalium (K) al een heel eind. Bij weinig vissen, zul je misschien ook wat stikstof (N) moeten voeden. Alle overige mineralen krijgen planten binnen met vers kraanwater.
Onder water nemen planten overigens net zo makkelijk mineralen via de bladeren en stengels op als via de wortels. Bovendien komt een deel van de mineralen in het water, gewoon in het substraat terecht. Zie het artikel over low tech aquascaping.
LEAF
LEAF staat voor low energy (heel lage lichtintensiteit) en agitated flow (veel waterbeweging). Het heeft veel weg van low tech, maar de focus ligt vrijwel volledig op de nog lagere lichtintensiteit en waterbeweging. De lichtintensiteit gaat nog verder omlaag, waardoor kleine wekelijkse waterwissels vaak voldoende zijn om planten van voedingstoffen te voorzien. Eventueel aangevuld met macro-voedingsstoffen (NPK) in het water. De waterbeweging is wat sterker en heeft wat weg van de high tech benadering. Een wat sterkere waterbeweging lijkt planten ten goede te komen. Zie het artikel over de LEAF methode.
Walstad
Walstad verwijst naar beplante aquarium met cellulose-rijk substraat en het gemis van een filter. Hierdoor zou de CO2 concentratie hoger komen te liggen. De effectiviteit is op verschillende gronden discutabel.
High tech / EI | NATurel | Low tech | LEAF | Walstad | |
---|---|---|---|---|---|
Lichtintensiteit | hoog | gemiddeld | laag | heel laag | gemiddeld / laag |
CO2 toevoeging | injectie | injectie | geen | geen | cellulose substraat |
Waterbeweging | sterk | normaal | normaal | sterk/normaal | geen |
Plantenvoeding | Overdosering via water | Via bodem en / of water | Via bodem en / of water | Waterwissels + NPK via water | Via bodem en / of water |
Wekelijkse waterwissels | 50% | 25% | 25% | 10% + jaarlijkse resets | 0% + jaarlijkse resets |
Lees meer informatie over het houden van planten in een aquarium.

Tot slot
Wetenschap versus praktijk
Het internet staat vol met van elkaar gekopieerde teksten, gebaseerd op verkeerde aannames en veronderstellingen. Het indraaien van een aquarium is hier een prima voorbeeld van. Omdat we hier natuurlijk ook veel beginners tegenkomen.
En ondanks de verkeerde aannames, gaat het toch vaak goed. De natuur laat zich niet zo makkelijk vangen. De natuur is adaptief. Het reageert op veranderingen. En organismen manipuleren actief hun directe omgeving. Beginners hebben vaak niet het geduld en teveel vertrouwen in alle technologie, middeltjes en testen die de industrie aanbiedt.
Aquascaping heeft dan ook meer weg van kansberekening. Een beetje draaien aan een handvol knoppen in de verwachting dat je een gezonde bak zult hebben.
De natuur is niet perfect. Je vindt nergens in de natuur een 'Amano aquascape' onder water. Sommige planten doen het beter dan een andere plant. Misschien vanwege de condities, maar ook vanwege directe concurrentie tussen planten onderling. Sommige planten sterven af. Anderen bloeien op.
Als je een geel blad in je bak ziet, raak niet in paniek. Ga niet direct over op het nemen van maatregelen. Zorg dat 90% van je aquascape het goed doet. Die 10% verwijder je maar uit je bak wanneer je een mooie foto wilt maken. Of je laat die 10% er juist bewust in voor een natural look.
Knoop in je oren
Je kunt een aquascape houden op basis van een glazen bak met water, waterstroming en voldoende omgevingslicht. Dit moet de basis zijn. Als beginner doe je er goed aan om conservatief met technologie om te gaan.
Algemene tips waarmee alles makkelijker wordt:
- Beperk het aantal vissen en vissoorten sterk
- Dim verlichting te allen tijde en houdt temperatuur aan de lagere kant
Daarnaast zou ik aan het begin van de zomer en aan het einde van de zomer, flinke waterwissels uitvoeren als een soort van 're-set'. Omdat er heel veel is wat we gewoon niet weten of kunnen meten, of misschien wel kunnen meten maar niet weten wat we nu echt meten.
Blijf scapen,
Ruud
Heb je vragen of opmerkingen? Stuur me een bericht:
Reacties zijn gesloten.